Zoals vorige week vertrokken we met zijn zessen, enfin dat dachten we... Net voor Elsloo hoorden we een luide schreeuw, we dachten dat iemand in de Maas was beland. De schreeuw was van Ronny B, dus met zijn zevenen ging het richting Moresnet. Het eerste deel ging rechttoe rechtaan, met lange snelle stukken richting Wijlen en Wittem. Via Mechelen belanden we tempo-tempo in Epen. Epen-Sippenaken is de volgende strook, we zullen dat stuk overdoen op de terugweg. In Sippenaken beginnen we aan een mooie lus. De eerste foto's werden daar genomen, je ziet meteen wie de tenoren bergop zijn. We zijn dan een uur of tien, en het is nog overal rustig op de weg (de terugrit was anders). De volgende foto is een bordje van Montzener Strasse. Op dat moment was het onduidelijk, zelfs voor mij, waarom het bordje op de foto ging. Ik heb Montzener Strasse gegoogled: Google maps geeft aan waar Busch zat toen wij aan dat bordje stonden ;). Alle gekheid op een stokje, Busch heeft afgezien in de bergen. Op de koning van Spanje werden we bergaf begeleid door een jongedame met een gigantische tractor. Met gevaar op eigen leven zijn we wijselijk achter die brede banden gebleven. Vervolgens zijn we in groep Ingberg opgereden, dat moeten we misschien meenemen naar onze volgende ritten ;). Op het rond punt van Sibbe was er een licht contact tussen Peter H en een andere wielerterrorist, het stelde zo weinig voor dat ik het even goed niet had kunnen vermelden. Het terras bracht drank en koelte, en ook Ronny H, die op zijn communieziel heeft beloofd dat hij een wekker gaat kopen. Ziezo dat was het weer, als ik er nu een punt achter zet, kan ik de aankomst van de tour nog zien... Mark-
1 Comment
Met 6 mensen vertrokken naar Moresnet. Net voor de autostradebrug werden we de pas afgesneden door ronny B die ons voorbij stoof op weg naar de A. Nu moet je weten dat Ronny de bedenker van de naam van onze club is. En even leek hij die naam ook alle eer aan te doen, maar uiteindelijk kon hij de A bereiken. Wij vervolgden onze weg door een nog slapend zuid limburg naar Mechelen en Epen, waar we de eerste klim van de dag aanvatten. Er waren er die speelden met de pedalen, voor sommigen was het meer zwoegen. Boven was het nog te vroeg voor een banaan. Dus terug op weg, golvend tussen Sippenaken en Gemmenich, werden herinneringen aan vroegere tijden en grote verzetten opgehaald. En dan waren we zo in Moresnet, ooit een neutrale stadstaat, die ontstond omdat beide buurlanden niet bereid waren de zinkmijn aan de andere te gunnen. Het was destijds een plaats van rijkdom en welstand, met andere regels en normen en bijgevolg ook gekend voor een decadent uitgangsleven. Van dit alles blijft niet meer zoveel over. Enkel het zinkviooltje, een plantje dat floreert op met zink vervuilde gronden, doet nog aan die tijden denken. Maar hoe fel we in de vele oplopende stukken, ook met het hoofd diep tussen de schouders gezakt, de berm afspeurden we konden het niet vinden. Op ons verste punt, aan de straat van de koning, werd gestopt voor een banaan en foto en dan in volle vaart terug naar huis. Over wegen waar we niet zo vaak komen en waar het niet te druk was. Eens we terug de grens overgingen veranderde dat snel. Om iets na 12 konden we van een zware rit nagenieten op het terras en plannen maken voor het fietsweekend in augustus. Dat de mannen van de A een gat snel toerijden bewijst Mark J, met een snedige reactie op het vorig verslag. Hier volgt zijn relaas: het begon allemaal gezapig met een B+ rit. Lang duurde dat niet, met de Zuid-Willemsvaart in zicht, werd er meteen ook wat vaart gemaakt. Met zes waren we weg, Timmy op kop. Het tempo ging de hoogte in, tot zover de rustige zondagochtend.
Glas op de weg is nooit goed, en voor we het wisten stonden we twee keer stil. De B-collega's reden ons gezwind voorbij en het zou een heel eind duren voor we hen weer bijbeenden. (wisten zij niet dat wij een kortere weg namen) De rit ging naar het zuidwesten en de wind stond stevig, we vroegen ons af hoe lang we dat nog gingen volhouden (ik toch). Om de beurt probeerden we even naast Timmy stand te houden. Een speciale vermelding gaat naar Jean, die dat nog het beste kon. Karel zag dat het goed was en keerde zijn fiets, om zich op zondagnamiddag te kunnen ontfermen over de koerscarrière van z'n zoon. Toen waren we nog met vijf. De Vlaamse velden werden stilaan Waalse velden, en we kwamen in steeds onbekender gebied. In Fexhe kwam een moment van herkenning, want enkele jaren geleden -toen corona nog een biermerk was- startte daar een toertocht richting Dinant. Even vreesden we dat de gps ons die toertocht ging laten rijden, dat was gelukkig niet het geval... Fexhe was het langverwachte keerpunt, de wind begon eindelijk een beetje mee te werken. Voor onze beentjes was dat even goed nieuws, al ging het tempo als vanzelf omhoog, die beentjes begonnen gewoon "anders" pijn te doen. De B-ploeg kwamen we ergens op een heuveltop tegen, werkelijk iedereen zag er wat minder fris uit dan bij vertrek, enfin het was een troostende gedachte dat de wind voor iedereen even onverbiddelijk was geweest. Verder is de sprong van Gunther ons ontgaan -- anders hadden we wel even gewacht. De terugrit werd nog ontsierd door een slippertje van Jean en Timmy, gelukkig niks ernstigs, we kwamen er met de schrik van af. Vanaf Gellik hebben we compact en gegroepeerd uitgereden, misschien hadden we dat al wat eerder moeten doen, want gezweet hebben we wel... Villers wat ? Nooit van gehoord. Met 2 vrouwen en 6 mannen op weg naar Villers L’évêque vertrokken, met de wind vol op de neus. De A ploeg besloot nog even van ons zog te profiteren. Toen ze ons voorbij gingen zagen we ze heel langzaam kleiner worden. Op weg naar eigenbilzen konden we hun evenwel weer passeren, omdat er iemand het nodig had gevonden om glas op de weg te gooien. Wij konden echter onze weg verderzetten, met wat draaien en keren geraakten we in Kleine Spouwen, Sluizen, Mal, Nerem en Vreren. Met een beperkt aantal koptrekkers het waaide nu eenmaal hard. Toen we in Vreren de grote weg overstaken en Wallonie in reden werd het er niet beter op. In het open veld, op golvend terrein over niet te beste wegen. Onze twee vrouwen wilden echter hun mannetje staan en lieten zich niet kennen. Peter h, was graag bereid om bijstand te verlenen en het tempo op peil te houden. De mooie blauwe bloemen werden dit maal niet aan de meet uitgedeeld, maar stonden op het veld. Nieuw aan deze rit is ook de invoering van de bananenstop, zodat een oude mens rustig zijn banaan kan opeten. Niemand die het erg vond. En dan konden we de terugweg aanvatten. Richting Remircourt stond de wind in de rug. Plots vers volk op kop en het tempo ging de hoogte in. Het was wel zoals onze wijze man adviseerde steeds opletten met de voorrang van rechts in de Walen. Tijdens een plaspauze passeerde ons de A ploeg. Hun verslag ziet eruit als hun gezichten op dat moment. We wachten evenwel nog op een verslaggever van de A om een meer objectieve kijk op hun rit. Gunter die zich tot dan toe redelijk had weggestoken zag zijn moment gekomen. Hij waagde de sprong naar de A, maar helaas voor hem volgde er een aantal bochten waarna ze plots uit het zicht waren en hij toen hij terugkwam was er ook van ons geen spoor meer. Even Apeldoorn bellen en dan maar alleen de weg naar huis zoeken. Wij waren ondertussen in Oreye en konden daar met de wind vol in de rug op de grote weg naar Tongeren, proberen om verloren tijd in te halen. Hoe korter we thuis kwamen hoe meer de vrouwen zich begonnen te roeren. In Heukelom liet Yolanda zich even uitzakken om vervolgens snedig op de klim naar de watertoren toe weg te springen. Roos die op een miniverzetje reed en weer aan het drinken was, kon maar laat reageren. Maar met een steuntje in de rug werd het gat zo gedicht. Op weg naar smeermaas zette zij ook de aanval in. Peter h voelde zich echter al de ganse rit superieur en zette dat nog eens in de verf door iedereen uit het wiel te rijden. Tja en dan was er nog iets dat voor een aanvalspoging moest doorgaan aan de bunker in Boorsem . Daar kunnen we echter zeer kort over zijn. Samen met de A kwamen we aan in de Sjeur. De mannen van de A zagen er redelijk afgepeigerd uit. Timmy moest zich zelfs al eerst gaan douchen voor hij zich op het terras durfde te presenteren. Omdat verandering van spijs doet eten gaan we volgende zondag naar Moresnet. |
AuteurKorte introductie: De verslaggeving van de ritten gebeurt door Mark J en Peter A. Zij geven een persoonlijke interpretatie van hetgeen zich tijdens een rit afspeelt. Wil je in een positieve zin vermeld worden, spreek hen aan, geef hen een pintje na de rit en wie weet.
Archief
September 2024
|